De stijfheid van een frame:
De torsiestijfheid heeft de meeste invloed op het rijgedrag: een lage torsiestijfheid verhoogt de kans op ongecontroleerd shimmiƫn.
Een doorsnee raceframe heeft tegenwoordig een torsiestijfheid van ongeveer 90 Nm/° ( newton meter per graad) wat voor 90 % van alle fietsers voldoet.
Strak, stijf en stabiel: zo voelt de fiets dan. Iets slapper mag wel, maar als het minder dan 70 Nm/° wordt -gecombineerd met een slappe voorvork!- wordt het kritisch.
Waarden tussen de 70 Nm/° en 80 Nm/° prima voldoen voor gemiddelde rijders. Meer dan 90 Nm/° is geen probleem.
Zware, sterke rijders hebben wellicht wat aan frames van meer dan 100 Nm/°, lichtere rijders hebben dit niet nodig.
De vorkstijfheid: Onder belasting van een fietser buigt de voorvork licht door, waardoor de vooras iets naar voren komt te liggen. Deze verlenging is een maat voor de stijfheid van de vork. Met de stijfheid neemt het comfort tijdens het fietsen af door een trillend stuur.
De bracketstijfheid: De bracket stijfheid: de mate waarin de trapas een zijdelingse beweging maakt als gevolg van de aandrijfkrachten; het bracket wijkt als het ware uit.
Bron: www.fiets nl